Amsterdam, 16 september 2017. Toen onze dochters klein waren, waren we het al van plan: NEMO bezoeken. Maar we hebben dat zo lang uitgesteld, dat we inmiddels alweer kleindochters hebben.
De gedachte achter dit wetenschap- en technologiemuseum is dat het leerzaam is, maar of daar in deze grote hal met hyperactieve kinderen veel van terecht komt vraag ik me af. Het moet tegenwoordig allemaal interactief en "dicht bij de belevingswereld" van kinderen. Kinderen die een minuut lang proberen of ze iets kapot kunnen krijgen en dan weer verder rennen naar het volgende object.
De enorme waterklok bij de ingang heb ik een hele tijd bestudeerd. Echt oninteressant is NEMO natuurlijk niet; misschien moet ik er op een rustiger moment nog een keer naartoe. Ondertussen zou een cursus Nederlands voor sommige samenstellers van de proefjes geen kwaad kunnen: drie fouten in twee korte zinnen.
De geschiedenis van NEMO Science Museum begon in 1923 met het Museum van den Arbeid, vanaf 1954 het NINT (Nederlands Instituut voor Nijverheid en Techniek). In 1997 werd NEMO geopend in het groene gebouw bovenop de ingang van de IJtunnel. NEMO staat voor NewMetropolis, maar op de website wordt dit angstvallig verzwegen.
NEMO heeft ook een groot depot in Amsterdam-Noord, dat af en toe voor publiek is geopend. Hierin bevindt zich een belangrijk deel van de collectie van het helaas opgeheven energiemuseum EnergeticA. Dat was een perfect museum, omdat daar dus bijna niks te doen was voor kinderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten