dinsdag 29 maart 2016

Koffie en sigaren in de trein


Dit koffiekarretje ken ik al sinds ik in het Spoorwegmuseum kom. Ik heb me altijd verbaasd over de prijs van de koffie: 34 cent. Dat is een onhandig bedrag om af te rekenen met haastige reizigers: drie dubbeltjes en vier losse centen. Of misschien dacht men: die reizigers geven een dubbeltje en een kwartje en zeggen "laat die cent maar zitten". En dat was dan de fooi voor de man achter het karretje.

Toen ik eind jaren 70 in Amsterdam werkte, stond er op het perron van Utrecht een koffiekarretje met een altijd wat mopperend mannetje. Hij stond vaak op een groot stuk karton tegen de optrekkende kou. Bij hem kocht ik mijn ontbijt: zwarte koffie en een broodje kaas dat was gemaakt van gerecyclede treinkaartjes. En dan de trein in: eerste klas in zo'n degelijk blauw rijtuig. Daar stak ik een sigaar op die precies zo lang duurde als de treinreis. Forensen kon leuk zijn!

Meer over het Spoorwegmuseum






maandag 21 maart 2016

De onbewaakte overweg

De onbewaakte overweg. Door Em van den Oever. Drukkerij Edeca, Hoorn. 2e druk, 1941. Illustraties Henk Poeder. Em van den Oever was een pseudodiem van Neeltje Petronella Veerman (1909-2002).

De hoofdpersoon van dit stichtelijke boekwerkje is Lia, een meisje dat bevriend is met Truitje en Teus. Op een kwade dag besluiten zij een onbewaakte overweg over te steken. Lia is niet bang. Ze blijft met haar poppenwagen staan en roept: "Zie je wel dat er niets gebeurt!"

Maar opeens verschijnt daar de zwarte snuit van een locomotief. Gauw doorlopen, het kan nog best. Maar bij het tweede paar rails blijft ze steken. Ze kan niet verder, haar schoen zit met de hak vast tussen het hout en het ijzer van de rails.

Maar daar springt opeens iemand met grote stappen naar voren. 't Is een man in een blauwe kiel. Hij pakt met twee handen Lia's been beet en trekt het met een geweldige ruk los. Meteen sleept hij Lia weg van de rails. "De poppen­wagen!" roept Truitje nog. Maar het is te laat. De poppenwagen ligt aan splinters en van de poppen is weinig meer te herkennen.

Ze gaan naar het huis van Truitje, waar Lia wordt getroost door Truitjes moeder. Die zegt: "Jullie wisten toch wel, dat het verkeerd was, toen je over het spoor ging? Zie je, dat is heel erg. En wij zijn er niet alleen bedroefd om, maar de Heere Jezus is er bedroefd om, en jullie moeten Hem om vergeving vragen en zeggen, dat het je spijt. Zullen jullie dat doen?" De kinderen knikken en Lia wordt naar huis gebracht.
We bevelen dit boekje matig aan
Dit boekje met mooien gekleurden omslag en goede illustraties vertelt van Lia, kind uit een rijk heerenhuis, van Truitje, dochtertje van een gemeente-werkman en van Teus, jongetje van de boerderij. Deze drie sluiten vriendschap, waarbij altijd weer het plechtig-prachtige van het heerenhuis afsteekt tegen het gewone van de omgeving der andere kinderen. Voeg daarbij een strengen papa, die altijd in salonwagens reist, een akelig aristocratische oma en een verschrikkelijk correcte juf en ge hebt de dramatis personae voor de aandacht. Lia wordt volkomen ongodsdienstig groot gebracht. Ze leert van Truitjes moeder wat bidden is, en ook wat "zonde" is.

Een kerstfeestviering met den kerstboom schijnt het verhaal te besluiten. Er volgt echter nog een hoofdstuk over den onbewaakten overweg, dien we heelemaal vergeten waren. Gelukkig loopt de ongehoorzaamheid van Lia, die dezen overweg niet passeeren mocht, nog goed af, ofschoon een groot ongeval dreigde. Er zit in dit goed bedoelde verhaal iets overdrevens, dat de jonge lezer uiteraard minder zal hinderen dan den recensent. Ook in de evangeliseerende strekking vinden we dat accent van overdrijving, waarbij we de zonde, maar niet de genade, wel het kwaad, maar niet de vergeving voldoende naar voren komt. We bevelen dit boekje matig aan. — Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de CommissiĆ«n van "Jachin", 1941
Meer jeugdboeken